Terug naar alle artikelen
Voer lenige gesprekken met Socrates

Voer lenige gesprekken met Socrates

Op 31 augustus publiceert favoriet Lammert Kamphuis zijn nieuwste boek: “Verslaafd aan ons eigen gelijk”. In dit boek schrijft hij filosoferen voor als medicijn tegen vastgeroeste overtuigingen. Met een verhelderende analyse en verrassend praktische tips laat hij zien hoe we onze geest kunnen trainen om leniger te worden. Organisaties, relaties en de samenleving als geheel schreeuwen om deze vaardigheid. Lees hier als eerste een kleine voorpublicatie uit zijn prikkelende werk.
 
Tijdens ontmoetingen kunnen mensen meer begrip voor elkaar krijgen. Uiteraard moeten de gesprekken dan wel op een constructieve manier gevoerd worden. Een van de oudste methodes hiervoor is gebaseerd op het leven van de Griekse filosoof Socrates.
 
Hij liep in Athene op straat en bevroeg anderen over de belangrijke thema’s van het leven. Hij vergeleek zijn eigen werk graag met dat van zijn moeder. Zij was vroedvrouw. Volgens Socrates haalde ook hij, net als zijn moeder, iets uit mensen wat al in hen leefde. Zijn moeder baby’s, hij sluimerende inzichten. Daarom wordt zijn gesprekstechniek ook wel de maieutische methode genoemd (‘maieutiek’ is de verloskunde).
 
In een socratisch gesprek proberen de deelnemers elkaar niet te overtuigen van hun waarheid, maar komen ze door elkaar te bevragen samen tot nieuwe inzichten. Dit levert een andere dynamiek op. Een geïnteresseerde vraag is namelijk als een cadeau dat je een ander geeft.
 
Kinderen stellen rond de driehonderd vragen per dag. Ergens verleren we dit. Volwassenen stellen gemiddeld nog maar zo’n dertig vragen op een dag. Socrates daagt ons uit het kind in ons weer wakker te vragen. In de socratische gespreksmethode zitten in elk geval twee handvatten die kunnen helpen om de patstelling te doorbreken die ontstaat in langslepende conflicten waarin partijen hun stellingen hebben betrokken.
 
Allereerst maak je met elkaar vanuit een concrete casus een abstraherende beweging. Je gaat op zoek naar de vraag achter de vraag. In plaats van steeds verder te concretiseren en in te gaan op details, probeer je gezamenlijk tot een vraag te komen op een algemener niveau.
 
Een bekend voorbeeld van Socrates zelf is dat twee vaders bij hem komen met de vraag of ze hun zonen nou wel of niet moeten leren vechten in een harnas. Deze vaders vinden zichzelf verwend omdat ze, in tegenstelling tot hun eigen vaders, nooit hebben leren vechten. Zij willen dat hun kinderen waardige burgers van Athene zullen worden. Hun idee is dat kunnen vechten hieraan bijdraagt. Al filosoferend met Socrates ontdekken ze dat de eigenlijke vraag die achter hun dilemma ligt is: ‘Wat is moed?’ Door dat te bespreken leren ze met nieuwe ogen kijken naar wat zij hun zonen zouden willen bijbrengen.
 
Mijn advies voor het formuleren van de algemene vraag in een socratisch gesprek is dat je je afvraagt of een willekeurige voorbijganger op straat zin krijgt om zijn of haar tanden hierin te zetten. Als je denkt dat dit niet het geval is, moet je verder zoeken naar een betere vraag.
 
Eerder sprak ik al over gesprekken die ik begeleidde bij organisaties over het thuiswerkbeleid. Bij één bedrijf was de concrete vraag: hoeveel dagen moeten onze werknemers verplicht op kantoor werken? Deze discussie zeurde al tijdenlang door en zat potdicht. Iedereen kende elkaars standpunten en de hakken waren inmiddels diep vastgezet in het zand. Tijdens een socratisch gesprek ga je niet weer alle voor- en tegenargumenten opdreunen. Nee, je gaat op zoek naar de vraag achter de vraag. Vaak ontdek je tijdens deze stap welke waarden er op het spel staan.
 
Denken vanuit waarden maakt je vrijer. Het geeft meer speelruimte dan het bespreken van je standpunt. Gedurende het gesprek over het thuiswerkbeleid kwamen we tot de volgende algemene vraag: hoe kunnen we met behoud van individuele vrijheid voldoende sociale cohesie ervaren?
 
Het tweede handvat om uit een impasse te komen is de fase van begripsverheldering. Je weerstaat de neiging een antwoord te geven op de net geformuleerde vraag, maar onderzoekt eerst met elkaar de betekenis van de gebruikte begrippen. Wat is ‘individuele vrijheid’ eigenlijk? Wanneer ervaar je dat? Is vrijheid hetzelfde als ongebondenheid? Dit doe je ook bij de term ‘sociale cohesie’. Wat bedoel je met sociale cohesie? Wat voor soort ding is dat? Wanneer ervaar je het?
 
Het bijzondere aan deze gesprekstechniek is dat je onbewust langzamerhand met elkaar uit de loopgraven klimt. Aan het eind van het gesprek over thuiswerkbeleid wilden we de verzamelde inzichten weer toepassen op de oorspronkelijke vraag. Een aantal van de deelnemers realiseerde zich plotseling dat ze gedurende het gesprek vergeten waren dat het thuiswerkbeleid de aanleiding was.
 
Wanneer je Den Haag cs uit loopt, stuit je op een citaat van de Nederlandse schrijver Paul Biegel: ‘Wie zoekt vindt, maar niet altijd wat hij zocht.’ Deze wijsheid is wat mij betreft het motto van veel socratische gesprekken. Je hebt met elkaar een omweg gemaakt en alles wat je tijdens die reis op het spoor bent gekomen, kun je gebruiken om samen verder op pad te gaan.
 
Een belangrijk inzicht voor deze organisatie was dat dit gesprek eigenlijk niet over thuiswerkbeleid zou moeten gaan, maar over ontmoetingsbeleid. Het is belangrijker om te bedenken hoe je spontante ontmoetingen kunt blijven faciliteren tussen collega’s dan hoeveel dagen iemand precies op kantoor moet zijn. Ze waren er namelijk van overtuigd geraakt dat vooral deze spontane, toevallige ontmoetingen het gevoel van sociale cohesie bewerkstelligen.
 
De stap van begripsverheldering is van groot belang, omdat veel misverstanden ontstaan door verschillende betekenissen die we toekennen aan een begrip. Woorden worden veelal gebruikt in de veronderstelling dat iedereen er precies hetzelfde mee bedoelt. Dit is zelden het geval.
In een filosofische retraite die ik begeleidde voor doven en slechthorenden ontstond er een discussie over de vraag of ze een ‘lotgenotengroep’ wilden starten. Sommigen hadden hier behoefte aan, anderen waren hier faliekant op tegen.
 
Er heerste onderling veel onbegrip. Tijdens het gesprek werd duidelijk dat voor sommigen de term ‘lot’ verbonden was aan dat je alles maar apathisch moest accepteren. Voor anderen riep de term ‘lot’ juist op dat je vrij bent in hoe je je ergens toe verhoudt. En dat je elkaar als ‘lotgenoten’ daarbij kunt helpen.
 
Het onderzoeken van de betekenis van een begrip werpt bovendien vaak nieuw licht op een zaak. Iemand legt tijdens een socratisch gesprek uit dat ze moeite heeft met een vriend die al een tijdlang niet blij reageert als zij een leuk nieuwtje heeft. Al abstraherend komt de groep tot de vraag: ‘Hoe ga je om met jaloezie in een vriendschap?’
 
Door het begrip jaloezie te onderzoeken komt men samen tot de definitie: ‘Jaloezie is een emotie waarin je een ander iets misgunt vanuit een gebrek in jezelf.’ Aan het eind van het gesprek geeft degene die de casus inbracht aan dat haar boosheid jegens haar vriend al wat is afgenomen, omdat ze is gaan inzien dat hij op dit moment veel mist in zijn leven. Ze is milder naar hem gaan kijken.

Online, Special event

Lammert Kamphuis: Verslaafd aan ons eigen gelijk

Ook geïnspireerd? Op 13 september geeft Lammert live een interactief college vanuit onze studio. Je krijgt dan de mogelijkheid om je verdiepende vragen aan hem voor te leggen. En heb je het boek nog niet besteld? Bij aankoop van het college heb je de kans om er een gesigneerd exemplaar bij te nemen. Die sturen we je dan 31 augustus toe.

Datum2023-09-13
LocatieOnline
Prijs€15

By The School of Life

Deel dit artikel

Vergelijkbaar nieuws